Jaarlijks worden er ongeveer 4 miljard jeansbroeken tot afval gereduceerd. Een enorme reststroom die Marc Meijers van DenimX uit Maastricht (NL) wil transformeren in composietmaterialen voor hoogwaardige producten zoals meubilair, verlichting en akoestische panelen.
Daarnaast ontwikkelt Marc Meijers ook toepassingen voor polyestervezels en vilt afkomstig uit textiel reststromen. Zo tracht DenimX de gigantische afvalberg die de fast fashion industry genereert, op een duurzame manier te valoriseren.
Eerst moet de textiel-reststroom volledig ontleed worden tot de basis vezels. Voor jeansbroeken zijn dat katoenvezels. Vervolgens moeten deze vezels weer volledig opgebouwd worden tot een composietmateriaal in functie van de toepassing. Een stoel stelt immers andere functionele en structurele eisen aan het materiaal dan bijvoorbeeld een placemat.
“Er zijn veel meer technische uitdagingen voor het gebruiken van reststromen, dan het gebruiken van virgin materialen voor nieuwe producten”, zegt Marc Meijers. “Zowel de productiemethode als het materiaal receptuur wordt aangepast aan de toepassing.”
Met een achtergrond in product design combineert Marc zowel een ingenieurs als design perspectief. De ontwikkeling van het materiaal loopt dus parallel met het ontwerpen van de toepassing. Door deze reengineering strategie toe te passen ontwikkelde DenimX een uitgebreid portfolio van producten voor de interieur en lifestyle markt.